111 Blog OGW - Pagina 4 van 7 - Oplossingsgerichte Therapie & Coaching
  • +32 89 38 33 22
  • info@louiscauffman.com

AFLEVERING 15

De man in het middeneen oplossingsgericht feuilleton

man-in-the-middle

Nu Hank merkt dat Piet op de co-experten positie blijft, kan hij vlotter terugkeren naar het taalgebruik dat eigen is aan de werkomgeving van Miracoil: snedig, rechttoe rechtaan. Bij de start van een interventie is het vaak nuttig om een ander, veel permissiever en veel opener taalgebruik te hanteren.

Piet: ‘Nou, het gaat om twee dingen eigenlijk, het ene iets makkelijker dan het andere. Om te beginnen, wil ik het hebben over de externe aannemers die bij het project betrokken zijn. Gerard heeft me gezegd dat hij denkt, dat ik te zacht en te vrijblijvend met hen omga. Ik ben het daar niet mee eens, maar ik wil, los van Gerards mening, toch geen enkel risico lopen op vertraging of meerkosten voor het nieuwe project. In het verleden heb ik meegemaakt dat externe aannemers van de moeilijkheidsgraad van een ontmanteling gebruikmaakten om tijdens de uitvoering extra kosten of werkdagen in rekening te brengen. Ik wil het er met je over hebben, hoe ik dat in de loop van dit project het beste zou kunnen ondervangen. Daarnaast ben ik dat gedoe met Gerard eigenlijk beu. We moeten toch als collega’s in staat zijn om op een gewone manier met elkaar om te gaan, in plaats van elkaar de hele tijd te ontlopen? Dat geeft op termijn toch roddels, en ik wil trouwens niet het risico lopen dat teamleden onze tweespalt kunnen gebruiken om de zwarte piet door te schuiven als er in het project iets misloopt.’

Op het moment dat de beeldspraak over de zwarte piet valt, beginnen beide heren te lachen.

Hank: ‘Uitstekend. Waarmee wil je beginnen? Aannemers of Gerard?’
Piet: ‘Voor mij is dat om het even.’
Hank: ‘Dan starten we maar met de externe aannemers, want die affaire met Gerard is veel simpeler.’

Nu waagt Hank toch wel het een en ander. Het is duidelijk zijn bedoeling om de situatie tussen Piet en Gerard te dedramatiseren, maar hij kan niet weten of dat wel zo simpel* zal zijn als hij het nu voorstelt.

simpel

*SIMPEL: Oplossingsgerichte Positieve Psychologie In Actie (2010)

Datgene waarvan Piet zelf ook wel weet, dat hij er veel ervaring en expertise in heeft (de samenwerking met aannemers) bestempelt Hank als het belangrijkste. Wat voor Piet van nature vaag en ongrijpbaar is (de werkrelatie tussen mensen) duidt Hank aan als een simpeler iets. Deze linguïstische manoeuvre PRIMING geeft Piet de suggestie dat hij de capaciteit heeft om in elk van de twee gevallen oplossingen te vinden. Als Piet immers voor de ‘moeilijke’ zaak (die voor hem in feite het makkelijkste is, de aannemerskwestie) oplossingen kan vinden, dan zal dat zeker gaan voor de ‘simpele’ zaak (die voor hem in feite het moeilijkste is, de werkrelatie met Gerard).

Piet: ‘Hank, jij bent toch wel een geboren optimist, om die affaire met Gerard simpel te noemen.’
Hank: ‘Ja, maar let op. Ik zeg “simpeler”. Ik heb niet gezegd dat het gemakkelijk of eenvoudig is. Soms zijn simpele dingen zeer gecompliceerd. Tot je de oplossing vindt en dan kun je jezelf wel voor het hoofd slaan: “Waarom heb ik daar niet eerder aan gedacht?” Dat is toch iets wat jij, als ingenieur, veel beter weet dan ik.’

Hank maakt aan Piet het concept simpelheid duidelijk. Hij maakt ook van de gelegenheid gebruik om Piet als een expert in simpelheid te definiëren. Door de doorsnee bekwame ingenieur wordt dat veelal als een compliment aangevoeld.


Lees nu reeds Aflevering 16

AFLEVERING 14

De man in het middeneen oplossingsgericht feuilleton

man-in-the-middle

Hank heeft net een kort onderhoud met Gerard achter de rug en het is nu tijd voor een vervolggesprek met Piet.

Sessie 3

Piet: ‘Kom binnen, Hank. Hoe gaat het met je? Het is wonderlijk, maar alles begint hier blijkbaar weer op de oude manier te werken. Wil je geloven dat ik vergeten was, hoe nuttig het is om ’s morgens eens bij mijn mensen langs te lopen voor een praatje? Ik geloof dat de nieuwe collega’s zich hier nu eindelijk wat thuis beginnen te voelen. Heb jij zaken die je vandaag zou willen bespreken? Ik zou anders graag over een paar zaken met jou van gedachten wisselen.’

Nu is Hank aangenaam verrast! Piets toon is totaal veranderd. Hij neemt initiatief, is opgewekt en rapporteert al direct een grote vooruitgang. Voor de oplossingsgerichte manager is dat een succes. Het is nu niet nodig om Piet uit te leggen dat de veranderingen gebeuren, omdat hij nu anders handelt en de dingen anders ziet. Door zijn openingsuitspraken bevestigt Piet dat hij is blijven staan op de positie van co-expert. Het is nu Hank’s taak om hem verder te helpen ‘meer van hetzelfde’ te doen.

Hank: ‘Ook een goedemorgen, Piet. Je overvalt me wel. Wat een vaart, zeg! Het lijkt wel goed te verlopen. Proficiat. Zeg Piet, mag ik je die vraag nog eens stellen van de schaal van 1 tot 10, waarbij 1 stond voor “mijn puinhoop” en 10 voor “de perfectie bestaat niet, maar op deze manier willen ik en mijn team best wel tot aan ons pensioen doorknokken”, waar sta je dan nu al?’

Dit is weer een heel ander soort schaal dan de vorige. De wijze waarop de schaal wordt verwoord, geeft overigens aan dat de 1 tot de verleden tijd behoort, terwijl de 10 een in de nabije toekomst haalbare kaart wordt. Daarenboven impliceert de zin ‘waar sta je dan nu al’ dat er in die korte tijd grote vooruitgang geboekt werd. Dat werkt zowel ondersteunend als hoopgevend. Hank stelt de 1 (het verleden) ook voor als geldend voor Piet alleen, terwijl de 10 (de nabije toekomst) gaat over het team met Piet als leider. Dat is de kracht van woorden.

Piet: ‘Wel, op enkele details na – waarover ik het zo met je wil hebben – sta ik nu op een 7.’

Hank: ‘Formidabel! Wat zit er in die 7?’

Piet somt nu een hele lijst van zaken op, waarvan hij oordeelt dat ze bij dat cijfer 7 behoren, waaronder: enkele goed geslaagde informele praatjes met oude medewerkers, de enthousiaste reactie van twee nieuwe medewerkers op zijn vraag of ze interesse hadden om hem te helpen bij de voorbereiding van de ontmanteling, het feit dat een van die twee de dag erna al met een goed uitgewerkt tijdschema kwam opdagen en Piet toestemming vroeg om het oude bouwdossier uit de archieven te halen, de geslaagde bridgeavond met zijn vrouw, het feit dat hij ‘om God weet welke reden’ weer beter slaapt.
Wat Hank vooral treft, is dat Piet zich tot een 7 beperkt. Daarmee geeft Piet aan, dat hij zich terdege bewust is van het feit dat er toch nog wel wat werk aan de winkel is. Ook treffend is Piets mededeling dat hij ‘zoals Hank gevraagd had’ (dat klopt niet; het is Piets interpretatie), een keer bij Gerard is binnengelopen, maar evenzogoed tevreden was dat Gerard die dag er niet was.

Hank: ‘Schitterend Piet, ik moet je feliciteren. Je zei dat er zaken waren, waarover je het vandaag met mij wilde hebben. Vertel.’


Lees nu reeds Aflevering 15

AFLEVERING 13

De man in het middeneen oplossingsgericht feuilleton

man-in-the-middle

Tot nog toe zijn het vooral Piet en Hank die aan het werk geschoten zijn. Nu is de tijd gekomen dat de andere protagonist, Gerard, er ook van kortbij betrokken wordt. Oplossingsgericht werken is immers altijd systemisch werken. Als we spreken over de cliënt, dan hebben we het steeds over de cliënt in zijn/haar relevante omgeving. En voor Piet is Gerard een erg relevant onderdeel van de omgeving!

BASISAXIOMA’S

Hank heeft in het begin van de interventie één uitvoerig gesprek met Gerard gehad. Gerard maakte hierin duidelijk dat hij in feite weinig interesse had voor Piets problemen.

Gerard: ‘Ik moet uit hoofde van mijn positie aan zoveel zaken en zoveel mensen denken, dat ik echt geen zin heb om me veel met die man bezig te houden. Jazeker, hij loopt me de laatste tijd voor de voeten. Om mijn werk goed te kunnen doen, heb ik behoefte aan medewerkers die doen wat ze moeten doen. Ik kan het toch ook niet helpen dat Miracoil noodzakelijke veranderingen moet doormaken om de toekomst aan te kunnen. Als Piet me laat zien dat hij in staat is om zijn taak naar behoren te vervullen, zal hij van mij verder weinig last hebben. Alleen ben ik bang dat hij een man is die, doordat hij onderhand op leeftijd komt, niet meer over de nodige flexibiliteit beschikt om met zijn tijd mee te gaan. Ik kan echter niet ontkennen dat Piet het in het verleden goed gedaan lijkt te hebben.’

Hank heeft in dit ene gesprek niet veel meer gedaan dan Gerard te prijzen COMPLIMENTEREN voor zijn toewijding aan de firma. Na een sessie met Piet heeft hij Gerard telkens een memo gestuurd, met een kopie aan Piet zelf. Daarin stond alleen vermeld dat er een sessie had plaatsgevonden en wanneer de volgende gepland was.


Lees nu reeds Aflevering 14

BRIEF en SOLTEAM oktober 2016

cauffman_brief

De oprichters van BRIEF zijn al jaren gasttrainers in de mastercourses van het Solteam.

Wie is BRIEF?

Dit opleidingsinstituut en ‘free clinic’ is opgericht in 1989 door drie bloedbroeders: Harvey Ratner, Chris Iveson en Evan George. In 1990 nodigden ze Steve de Shazer voor de eerste keer naar de U.K uit (Solteam nodigde Steve de eerste keer uit naar Belgie in 1987).

Waar staat BRIEF voor?

Kort en krachtig maar toch blijvend, dat is wat BRIEF nastreeft in hun werk met cliënten in hun free clinic. Hun beroemde openingsvraag “What are your best hopes for today?’ vat dat krachtig samen. Steve zei over hun werk: ‘They are even briefer than me.’

BRIEF’s context:

De context waarin BRIEF werkt is vrij uniek en specifiek: hun eigen free clinic. Mensen kunnen op eigen kracht of op verwijzing komen waarbij anonimiteit gegarandeerd is en het werk zich strikt beperkt tot wat er zich tijdens de sessie afspeelt. De dienstverlening is gratis. De overgrote meerderheid van cliënten komt eenmalig. Er worden zelden een reeks sessies afgesproken. Cliënten mogen ten allen tijde terug komen.

Kernelementen in de BRIEF aanpak:

  • Open elke gesprek met ‘What are your best hopes for today?’ en vermijd het woord ‘doel’ (want dat leidt tot spraakverwarring bij cliënten die snel mechanicistisch denken: als ik hier niet meer duw, doet het daar niet langer pijn).
  • Werk met wie er komt.
  • Werk met het thema dat de cliënt inbrengt.

SOLTEAM

Onlangs was Louis Cauffman te gast bij BRIEF in London waar hij een tweedaagse workshop oplossingsgericht coachen mocht geven aan de studenten van BRIEF.

Louis’ workshop werd als volgt aangekondigd door BRIEF: ‘Louis Cauffman is one of the big secrets of the Solution Focused world. He was among the first Europeans to meet Steve de Shazer and Insoo Kim Berg and realise the enormous potential of their ideas. His practice extends from individual therapy work to multi-national corporations and with over 300,000 copies of his book, The Solution Tango, sold in China alone he is without doubt among the most influential practitioners in the world. Louis has for many years run one of Europe’s most successful training programmes and in this work he will share the best of what he does.’

De drie BRIEF stichters deden de workshop mee en na afloop was hun commentaar:

‘Louis fills the gaps.’

Het was een eer en plezier in London ten huize BRIEF te mogen werken.

AFLEVERING 12

De man in het middeneen oplossingsgericht feuilleton

man-in-the-middle

Hank beseft echter dat Piet in zijn werkrelatie met Gerard nog steeds op de vrijblijvende positie verkeert: het is nog steeds Gerard die volgens Piet moet veranderen, en hij ziet nog altijd niet in wat hij daar zelf aan zou kunnen doen.

Dus doet Hank een interventie die geschikt is voor de vrijblijvende werkrelatie namelijk het onderhandelen over een alternatieve hulpvraag. Bovendien – en dat is een echte, hightech oplossingsgerichte interventie – omschrijft hij Gerard als voorbijganger en leert hij Piet hoe je het beste met voorbijgangers kunt omgaan. Door Piet een redelijke verklaring te bieden waarom Gerard zelf ook niet anders kan doen dan hij nu doet (namelijk controleren en te weinig vertrouwen geven), helpt hij Piet om de weerstand tegen Gerard te omzeilen.

Piet: ‘Ik ben dan toch wel heel benieuwd hoe je dat gaat flikken?!’

Hank: ‘Het is geen kwestie van iemand iets flikken. Trouwens, ik ga helemaal niets doen. Jíj gaat het doen. Verplaats je eens in de positie van Gerard. Die heeft nu eenmaal de eindverantwoordelijkheid. Hij moet ervoor zorgen dat de gehele projectafdeling perfect of toch zo perfect mogelijk loopt. Hij weet dat hij daar goed in is, maar hij is uiteraard ook erg ongerust, omdat hij goed beseft dat hij niet alles zelf kan doen. Hij moet het overgrote deel van het werk aan anderen overlaten. Verplaats je in Gerards positie, Piet: wat zou jij nodig hebben om er zeker van te zijn dat alles prima verloopt?’

Piet: ‘Zo heb ik het nog nooit bekeken. Ik dacht altijd dat hij puur voor zijn eigen carrière de fanatieke controleur speelt. Maar inderdaad, nu zie ik ook wel in dat Gerard eigenlijk in een hachelijke positie zit.’

Hank: ‘Hoe zou je hem zodanig gerust kunnen stellen, dat je verder geen last van hem hebt?’

Piet: ‘Waarschijnlijk moet ik hem net voldoende informatie geven, zodat hij kan merken dat het project goed verloopt.’

Hank: ‘Ik denk niet dat dat genoeg is. Zou je zelf ook niet achterdochtig worden, als je medewerkers je alleen maar goed nieuws brengen? Zou je dan ook niet beginnen te denken dat ze iets voor je verzwijgen?’

Piet: ‘Waarschijnlijk wel, ik herken dat. Misschien helpt het wel als ik hem van tijd tot tijd een klein probleem voorleg, zodat hij zich er net voldoende mee kan bemoeien en een oplossing kan uitdokteren, terwijl hij voor de rest mij en mijn team kan laten verder werken. Ja, dat is het. Ik zal hem geregeld informeren over de stand van zaken en hem tegelijkertijd enkele knelpunten voorleggen waarop hij dan zijn expertise kan loslaten. Nu ik het zelf zeg, bedenk ik me dat men die truc bij mij ook wel eens toepast. Dat stelt me inderdaad gerust. Misschien werkt dat bij hem ook. Het is zeker de moeite waard om het te proberen. Wat denk je, Hank?’

Hank: ‘Uitstekend, ik had het zelf nooit beter kunnen bedenken. Succes ermee!’

Door deze interventie is Piet op de positie van co-expert gekomen. Hij is in staat zijn hulpmiddelen zelf te gebruiken. Het feit dat Piet dit laatste voorstel zelf bedacht heeft, is voor Hank een aanwijzing dat hij een weg is ingeslagen waarop hij zichzelf opnieuw kan helpen. Vanaf dit punt heeft Piet alleen nog supervisie nodig om op de ingeslagen weg verder te blijven gaan. Hank en Piet spreken af dat ze tijdens de volgende bijeenkomst een aantal concrete punten zullen aanpakken …


Lees nu reeds Aflevering 13

AFLEVERING 11

De man in het middeneen oplossingsgericht feuilleton

man-in-the-middle

Op dit moment heeft Piet al heel wat bruikbare hulpmiddelen opgenoemd. Hij ziet echter niet in, hoe hij die nu zou kunnen gebruiken. Dit is een duidelijk voorbeeld van een consulterende werkrelatie. Hank kan Piet nu ook advies geven over de manier waarop hij zijn bekende hulpmiddelen opnieuw kan aanwenden.

Hank: ‘Oké, maar dat hoeft toch geen probleem te zijn. Zou je niet weer kleine informele bijeenkomsten kunnen houden, zoals op de verjaardag van je medewerker verleden week. Bij die gelegenheden kun je dan het ontmantelingsproject en het nieuwbouwproject toch ter sprake brengen? Ik ben er zeker van dat er genoeg medewerkers zijn, ook bij de nieuwkomers, die maar al te graag een deel van dat werk op zich zouden willen nemen.

Verder zou je, bijvoorbeeld de komende week, voor jezelf, zonder er met iemand over te praten, een overkoepelend plan voor de ontmanteling en de nieuwbouw kunnen uitwerken en ook de eerste deelprojecten. Dan zou je het eerste deelproject tussen neus en lippen ter sprake kunnen brengen tijdens de koffiepauze of de lunch. En dan zie je wel hoe men erop reageert. Wat denk je, lijkt dit je een mogelijkheid?’ SUGGESTIE IN VRAAGVORM

Hank stelt vragen waarop Piet vrijelijk lijkt te kunnen antwoorden, maar in feite schrijft Hank aan Piet een bepaald gedrag voor, terwijl dat gedrag bijna volledig afkomstig is van Piet zelf. NUTTIGHEIDSVRAAG CARTOON – Dit is een goed voorbeeld van oplossingen creëren en erop verder bouwen door oplossingsgerichte vragen te stellen.

formuleP

Piet: ‘Dat zie ik zeker zitten, ware het niet dat Gerard zich ermee zal bemoeien en de zaak zal blokkeren. Dan ben ik terug bij af en daar heb ik geen zin in.’

Hank: ‘Daarin heb je volkomen gelijk. Ik denk echter dat het niet zo hoeft te lopen. Je hebt me verteld dat iedereen, ook jijzelf, onder de indruk is van de manier waarop Gerard de zaken onder controle kan houden. Welnu, dan lijkt het me logisch dat hij ook dit project onder controle wil houden, of jij dat nu leuk vindt of niet. Dus moet je er iets op vinden om Gerard zijn werk te laten doen zonder verder last van hem te hebben.’

Wat betreft de invulling van zijn taken staat Piet nu op de consulterende positie. Hank beseft echter dat Piet in zijn werkrelatie met Gerard nog steeds op de vrijblijvende positie verkeert: het is nog steeds Gerard die volgens Piet moet veranderen, en hij ziet nog altijd niet in wat hij daar zelf aan zou kunnen doen.


Lees nu reeds Aflevering 12

AFLEVERING 10

De man in het middeneen oplossingsgericht feuilleton

man-in-the-middle

Hank: ‘Zouden er zaken op je werk anders verlopen nu het is alsof er een wonder gebeurd is ?

Piet: ‘Ik weet het niet. Misschien zou mijn dag wat meer relaxed verlopen, niet zo gejaagd en holderdebolder van het ene naar het andere. Ik weet het niet. Maar… waarschijnlijk zouden de medewerkers ook rustiger op mij reageren, als ik niet meer zo opgejaagd door de afdeling loop.’

In feite is Piet zichzelf constructief gedrag aan het voorschrijven. Zonder het direct te beseffen, helpt hij zichzelf van lieverlee vooruit.

Hank: ‘Prima, Piet. Interessant wonder! Zitten er in het wonder zaken die je in het komende etmaal in het echt zou kunnen proberen?’

Nu is Piet werkelijk verbaasd, want zo had hij het nog niet bekeken. Hank dringt niet aan, maar laat het aan Piet over om er al dan niet iets mee te doen. De ervaring heeft hem geleerd dat aandringen hier minder goed werkt dan de cliënt zelf het initiatief te laten.

Hank: ‘Zullen we een stapje verder gaan, Piet?’

Piet: ‘Graag.’

Een stapje verder gaan impliceert, PRIMING dat er al stappen gezet zijn. Bovendien voert Hank het gesprek op zo’n manier, dat Piet de indruk krijgt dat hijzelf het ritme bepaalt. Dat bevordert de coöperatie tussen hen beiden.

Hank: ‘In ons eerste gesprek heb je me verteld dat je graag zou willen dat er weer op een positieve manier samengewerkt werd. En dat iedereen weer meer inspanningen zou leveren voor het geheel in plaats van voor zichzelf. Je zei me dat je duidelijke bevoegdheden zou willen voor jezelf, maar uiteraard ook voor alle anderen. Hoe zou jij dat kunnen doen? Iemand moet immers het goede voorbeeld geven.’

Piet: ‘Juist. Ik besef wel dat ik de anderen niet kan veranderen, maar alleen mezelf.’

Hank: ‘Exact.’

Piet: ‘Maar hoe zou ik dat dan moeten doen? Gerard vertrouwt me niet, met dat nieuwe project. Trouwens, hij heeft de overkoepelende vergaderingen met de gehele projectafdeling afgeschaft, en zonder die vergaderingen zie ik werkelijk geen manier om al die nieuwe medewerkers op één lijn te krijgen.’

Op dit moment is Hank van oordeel dat Piet weer een positie is opgeschoven op de flowchart. Hij staat nu op een zoekende positie: zijn hulpvraag is werkbaar geworden, maar hij heeft nog geen toegang tot zijn eigen krachtbronnen.

Hank: ‘Geen probleem, Piet. Misschien zijn er toch nog wel mogelijkheden die je nu even niet ziet. Wat werkte er in het verleden het beste als je soortgelijke grote projecten moest opstarten?’

Hank helpt Piet om zich te oriënteren op wat er in het verleden gewerkt heeft, of anders gezegd, op oplossingen uit het verleden die, op voorwaarde dat er enkele aanpassingen plaatsvinden, vandaag ook nog nuttig kunnen zijn. VRAGEN NAAR UITZONDERINGEN

Piet: ‘Zoals ik al zei: vroeger hielden we dan grote vergaderingen, waarbij iedereen van de projectafdeling betrokken werd. Maar nogmaals: Gerard is daartegen. Hij vindt dat overbodig en te duur.’

Hank: ‘Welke middelen gebruikte je vroeger nog meer?’

Hank gaat niet in op de probleemgerichte benadering van Piet. Hij blijft consequent oplossingsgerichte vragen stellen, in de overtuiging dat Piet daardoor ook daadwerkelijk oplossingen zal genereren.

Piet: ‘We hadden ook veel informeel contact. Veel zaken werd bedisseld in de avonduren of aan de koffiemachine. Wat ik ook vaak deed, was het project opdelen in grote en kleine stukken.’

Hank: ‘Dat begrijp ik niet, hoe bedoel je?’

Piet: ‘Nou, met grote stukken bedoel ik dat ik een projectplan maakte dat het volledige project overspande. Ook al kwam van dat plan in de werkelijkheid meestal niet veel terecht, het was voor iedereen de grote richtlijn. Daarnaast deelde ik een groot project op in kleine, quasi zelfstandige projecten. Zo werd alles overzichtelijker. Meestal schoven die zaken, als er tenminste de nodige aanpassingen werden gedaan, in de loop van de uitvoering wel als delen van een puzzel in elkaar.’

Hank: ‘Schitterend, goed idee. Wat houdt je tegen om dat hier opnieuw te doen?’

Piet: ‘Ik weet het niet, met al die nieuwe medewerkers die Miracoil nog niet goed genoeg kennen, zou dat wel eens heel moeilijk kunnen worden. Trouwens, Gerard zou het er nooit mee eens zijn: hij wil zelf het overzicht houden en alles onder controle houden.’


Lees nu reeds Aflevering 11

AFLEVERING 9

De man in het middeneen oplossingsgericht feuilleton

man-in-the-middle

Hank vraagt niet verder door over de inhoud van het cijfer 4 dat Piet op de schaal aangeeft. Hij accepteert Piets twijfel zonder zich te laten verleiden tot peptalk. Nu Piet getoond heeft dat hun werkrelatie comfortabel op de zoekende positie blijft zitten, acht Hank de tijd rijp voor de volgende stap: de wondervraag.

Hank: Prima. Mag ik je nu een rare vraag stellen, Piet? We zitten hier in je kantoor te vergaderen. Straks pakken we ieder weer ons eigen werk op. Vanavond ga je naar huis en breng je een rustige avond door en doe je dingen die een mens ’s avonds thuis doet. Op een gegeven moment ga je slapen. Terwijl je slaapt gebeurt er een wonder, maar dat weet jij niet, want je slaapt als een roos. Morgenvroeg word je wakker en door het wonder zijn alle problemen waarmee je te maken hebt, in die mate opgelost dat je er verder geen last meer van hebt. Hoe zou je dat merken? Wat zou je anders doen?’

Piet: ‘Nou, Hank, dat is wel een hele rare vraag. Ik geloof niet in wonderen.’

Hank: ‘Ik ook niet. Maar stel dat wonderen toch zouden bestaan, wat zou er dan anders zijn?

Een beetje volharding bij het doorvragen komt goed van pas als je de wondervraag stelt.

Piet: ‘Nou, ik zou wat sneller uit bed stappen en terwijl ik me sta te scheren denk ik nog niet aan het werk, maar gaan mijn gedachten uit naar de volgende bridgeavond. Bij het ontbijt zou ik de radio niet op het nieuws afstemmen, maar op klassieke muziek. In plaats van mijn krant te lezen, zou ik met mijn vrouw over bridge praten. Verdorie, als ik hier dan toch aan het kletsen ben over wonderen: ik zou de fiets nemen in plaats van met de auto naar het werk te gaan.’

Hank: ‘Prima, ga door. Wat zou je anders doen op het werk?’

Piet: ‘In plaats van direct mijn post en e-mail door te nemen, zou ik eerst eens door de afdeling lopen en hier en daar een praatje maken. Kwestie van de laatste nieuwtjes te weten willen komen. Wat? Een wonder? Ik bedenk net dat ik mijn secretaresse echt zou kunnen vragen of ze de post in het vervolg zelf voorsorteert. Afijn, dan zou ik eerst mijn planning voor de dag doorlopen. Daarna zou ik pas bij een kopje koffie mijn post en e-mail doornemen. In plaats van me direct op te jagen over wat er nu weer allemaal aan de hand is, zou ik de zaken sorteren. Dan pas zou ik op de post reageren.’

Hank: ‘Uitstekend, wat nog meer?’

Piet: ‘Misschien zou ik mijn hoofd even om de deur van Gerards kantoor steken om goedemorgen te zeggen. Geloof me Hank, dat zou pas echt een wonder zijn.’

Hank: ‘Uitstekend idee. En verder?’

Hank bevestigt gewoon de zaken waarvan hij weet dat ze nuttig zijn, door deze te ondersteunen met een ‘prima’, zonder Piet verdere opdrachten te geven. Hij laat Piet in de alsof-modus verder spreken. Daardoor worden weerstanden omzeild: het moet niet echt, het kan. In Piets hoofd wordt het idee gezaaid dat bepaalde elementen van zijn antwoord op de wondervraag mogelijk echte opties kunnen worden. Vooral het bezoekje aan Gerard bevestigt Hank als een goed idee.

Piet: ‘Verder zou ik doen wat ik elke dag doe: werken.’

Hank: ‘Zou er met dat werken ook nog iets gebeurd zijn? Zou je dat misschien nog op een ietwat andere manier doen, nu het wonder heeft plaatsgevonden?’

Piet: ‘Ik weet het niet. Misschien zou mijn dag wat meer relaxed verlopen, niet zo gejaagd en holderdebolder van het ene naar het andere. Ik weet het niet. Maar… waarschijnlijk zouden de medewerkers ook rustiger op mij reageren, als ik niet meer zo opgejaagd door de afdeling loop.’


Lees nu reeds Aflevering 10

AFLEVERING 8

De man in het middeneen oplossingsgericht feuilleton

man-in-the-middle

Sessie 2

De volgende vergadering met Piet verloopt al in een heel andere sfeer. Piet is opgeruimder en vlotter in het contact, en nog voor de vergadering van start gaat, meldt hij al dat hij fikse vorderingen gemaakt heeft in zijn projectontwerp betreffende de ontmanteling. Zoiets gebeurt vaak in een interventie die uitgaat van het oplossingsgerichte model. Als mensen hun blik een beetje kunnen afwenden van hun fixatie op problemen, duiken er als vanzelf constructieve elementen op.

Hank: ‘Oké Piet, hoe is het verlopen? Je lijkt me al een heel stuk gevorderd, als ik zo hoor wat je me op de gang net vertelde. Hoe is het met je opdracht gegaan?’

Piet: ‘Nou, wat ik zeker zou willen behouden, is mijn werk in deze onderneming. Ook het werk in de projectafdeling is altijd vlot en goed gegaan, we hebben in het verleden bewezen dat we succesvol kunnen zijn. Miracoil mag dan wel niet meer dezelfde onderneming zijn als vroeger, maar ja. Alles verandert, ook onze business.’

Hank is verheugd over dit antwoord. Het geeft aan dat Piet op zijn minst inziet dat er beperkingen zijn, terwijl hij toch zijn engagement uitspreekt. Hank begint uiteraard niet te juichen, want het antwoord is nog niet dé oplossing. Maar het is wel een aanzet tot oplossingsgericht denken bij Piet.

Hank: ‘Uitstekend. Waar sta je nu op diezelfde schaal van 1 tot 10, waarbij 1 gelijk staat met ‘dat wordt hier niks’ en 10 met ‘dat gaat hier goed aflopen’?’

Schaalvragen

Merk op dat, in weerwil van het woord ‘diezelfde’, dit een heel andere schaal is dan degene die Hank eerder gebruikte. Deze schaal heeft meer te maken met hoop op vooruitgang dan met ‘meten’ hoe ver het nu staat.

Piet: ‘Ik denk een 4. Ik heb goede vooruitgang geboekt met de voorbereiding van de ontmanteling. Gerard heeft me gebeld om te horen hoever het daarmee stond en, wonder boven wonder, hij heeft alleen geluisterd zonder zijn fameuze kritiek te spuien. Vorige week maandag zijn we trouwens ’s avonds met het team een pilsje gaan drinken, omdat er iemand jarig was. Dat was lang geleden, maar wel heel plezierig voor iedereen. Dat zouden we meer moeten doen.’

Hank: ‘Zeer goed. Wat nog meer?’

Piet: ‘Verder niets. Voor de rest loopt het nog altijd niet denderend, want er zijn toch nog veel momenten waarop ik twijfel en het niet zie zitten. Ik ben bang dat dit maar een tijdelijke opleving is.’

Hank vraagt niet verder door over de inhoud van het cijfer 4 dat Piet op de schaal aangeeft. Hij accepteert Piets twijfel zonder zich te laten verleiden tot peptalk. Nu Piet getoond heeft dat hun werkrelatie comfortabel op de zoekende positie blijft zitten, acht Hank de tijd rijp voor de volgende stap: de wondervraag.


Lees nu reeds Aflevering 9

AFLEVERING 7

De man in het middeneen oplossingsgericht feuilleton

man-in-the-middle

Piet stapt over naar een zoekende werkrelatie: hij heeft nu een hulpvraag. Maar die is nog niet goed werkbaar, omdat ze te vaag is. Delen van zijn hulpvraag kunnen echter makkelijk werkbaar gemaakt worden door de interventies bij een zoekende werkrelatie te gebruiken.

Hank: ‘Uitstekend Piet, dat is een goed begin. We zitten in jouw kantoor op deze vrijdagochtend, we zijn nog maar een halfuurtje aan het overleggen over hoe we de zaak zullen oplossen en jij komt al met heel zinnige zaken naar voren.’

Hank gebruikt hier de techniek van yes-setting en positieve bekrachtiging, waardoor de kans groter wordt dat Piet op dezelfde positieve manier zal verdergaan. Hij merkt dat er daardoor een opening komt om weer een stapje verder te kunnen gaan met Piet. Hank besluit een schaalvraag te gebruiken

Hank: ‘Piet, op een schaal van 1 tot 10, waarbij 1 gelijkstaat met dat moment verleden week waarop je het gevoel had, dat je beter je ontslag kon indienen, en 10 met “op die manier is het wel niet perfect, maar zo wil ik best verder werken”, waar sta je dan nu?’

Piet: ‘Op 2.’

Hank: ‘Uitstekend. Wat betekent dat, die 2? Wat is er nu al anders dan vorige week?’

Piet: ‘Het feit dat jij nu met mij zit te praten over hoe we de zaak kunnen oplossen. Ook al zie ik nog niet hoe dat zou kunnen.’

Hank: ‘Uitstekend. Nog iets?’

Piet: ‘Wel, misschien ook het feit dat de directie ervoor te vinden is dat ik de ontmanteling doe. O ja, ook het feit dat Gerard me een memo gestuurd heeft om me succes te wensen. En vooral het feit dat ik verder niets meer van hem gehoord of gezien heb.’

Hank gaat consequent verder op de ingeslagen oplossingsgerichte weg zonder te reageren op de licht cynische opmerkingen van Piet. Hank accepteert elk antwoord dat Piet geeft, ook al zijn ze niet allemaal bruikbaar.

Hank: ‘Uitstekend. Wat zou het kleinste volgende stapje vooruit kunnen zijn?’

Piet: ‘Geen idee.’

Hank: ‘Prima. Dus je zegt dat het feit dat Gerard je tenminste met rust liet, dat de directie je de ontmanteling toevertrouwde en het feit dat wij hier nu samen de gelegenheid krijgen om te werken aan een constructieve oplossing, voor jou al een 2 waard is. Uitstekend, want de afgelopen periode was voor iedereen heel zwaar. Er is niemand die de fusie al heeft verwerkt, iedereen heeft wel problemen met de personeelsaanpassingen, met de andere wind die door het bedrijf waait. Dat zijn inderdaad allemaal zaken, Piet, die het werken er niet makkelijker op gemaakt hebben. Toch moet ik je feliciteren met het feit dat je verder gewerkt hebt op je bekende oude en volhardende manier.’

Piet is een beetje overdonderd door de consequent positief ingestelde houding van Hank. Hij kan de genoemde feiten echter niet negeren.
Hank heeft een goede werkhypothese (dat is iets anders dan de Nobelprijs winnende waarheid!) over de bredere context waarin dit probleem zich afspeelt. Elementen hiervan zijn onder andere: de nog niet verwerkte fusie, de vele personeelswisselingen, de veranderde werksfeer en bedrijfscultuur, de manier waarop Gerard zich manifesteert, de algemene onzekerheid binnen de hele onderneming, en het enorme project waarin geen duidelijke verantwoordelijkheden en bevoegdheden zijn vastgelegd.
Deze contextelementen worden niet gebruikt als verklaringen voor het probleem, maar wel als hulpmiddelen waaruit Hank in een latere fase in zijn interventie zal putten om een en ander in de richting van een oplossing te sturen. Bovendien heeft Piet al toegegeven dat hij flinke vooruitgang geboekt heeft in vergelijking met vorige week, doordat hij op de tienpuntsschaal van 1 naar 2 is opgeschoven.

Hank: ‘Oké. Het is nu misschien nog te vroeg om te weten wat je volgende kleine stap vooruit zou kunnen zijn. Daarom zou ik je graag een opdracht willen geven. Bekijk eens welke aspecten van de onderneming, van jezelf en van je collega’s zo waardevol zijn, dat je ze zeker wilt behouden CONTINUERINGSVRAAG. Neem de komende week de tijd om hierover rustig na te denken. En zet hierover, als je wilt, ook het een en ander op papier.’

Deze continueringsvraag richt Piets aandacht op datgene wat goed loopt in het bedrijf en op de manier waarop er gewerkt wordt, in plaats van op het negatieve. De vraag geeft ook aan dat er van Piet geen abrupte veranderingen worden verwacht of geëist, en dat hij dat van zichzelf ook niet hoeft te vergen. Dit geeft hem ruimte om de blik in de richting van oplossingen te wenden.


Lees verder – Aflevering 8

 

Translate »

Login to your Account